IS BIOLOGISCHE LANDBOUW DE OPLOSSING?

is biologische landbouw de oplossing?

Wat iedereen zou moeten weten over duurzame landbouw

Biologische landbouw is de oplossing voor natuurherstel.
Gezonde biodiversiteit.
Een goede bodemkwaliteit.

Dat zou je op grote schaal moeten toepassen. Weg pesticiden. Welkom, vlinder. De oplossing voor natuurherstel is binnen bereik. Wij in evenwicht met het milieu. Dat is de bedoeling, toch?
We zouden het verplicht moeten stellen aan elke boer.
Maar is biologische landbouw werkelijk de oplossing? Wat zijn de feiten over biologische landbouw?

Ik vroeg het aan landbouwplantkundige en Europarlementariër Bert-Jan Ruissen.

Biologische landbouw geen eenvoudig ideaal

We hebben allemaal wel een mooi ideaal voor ogen.
Het liefst willen we dat snel bereiken, maar dat blijkt nu eenmaal zelden mogelijk.
Die beoogde riante woning of vredige wereld? Die is in praktijk niet zo makkelijk haalbaar of betaalbaar.

Meer biologische landbouw is zo’n ideaal van de Europese Unie. Onze EU-commissaris Frans Timmermans wil dat doel graag snel behalen: 2030 is het jaartal dat hij hiervoor in de EU-agenda heeft geschreven. Timmermans zet hier zwaar op in: een kwart van de landbouwgrond moet biologisch. En Europese boeren mogen nog maar half zoveel gewasbeschermingsmiddelen gebruiken tegen plantenziektes en insecten. Dat zijn enorme veranderingen.

Biologische landbouw is inderdaad een goede zaak.
De voordelen voor milieu en dierenwelzijn zijn bekend.
Maar deze vorm van landbouw komt wel met een prijskaartje: het is duurder, mede omdat meer grond nodig is. En prijsbewuste consumenten zijn zelden bereid hiervoor in de buidel te tasten. Daarom is bio-landbouw relatief klein.

De boer verplichten tot biologische landbouw?

Om het ideaal toch te bereiken, dacht Brussel deze doelen gewoon verplicht op te leggen aan de boeren. Maar kan de markt dat wel aan? Wil de consument wel zoveel extra biologische producten kopen? In het Europees Parlement vroeg ik er Timmermans naar. Pas na lang aandringen verscheen een voorzichtige raming: de productie daalt, de kosten stijgen, de import groeit en een deel van de Europese biologische boeren kan de deur wel sluiten omdat de markt instort.

Zo dreigen we de biologische landbouw niet te helpen, maar kapot te maken.

Voor consumenten dreigen bovendien wisselvallige tijden.
Wat gebeurt er bij misoogsten, omdat boeren een plantenziekte niet meer succesvol kunnen bestrijden.
Dan maar een jaar geen Europese bietjes, uien of bonen?
Lege schappen?
Sommigen verwachten dat onze supermarkten tekorten wel aanvullen met import van buiten de EU.

Maar besef je dan wel: boeren buiten Europa werken bepaald niet biologisch: de normen zijn er veel minder streng dan bij ons. Zuid-Amerika, Afrika of Oekraïne gebruiken veel meer chemische gewasbeschermingsmiddelen dan de EU. Technieken zoals legbatterijen voor kippen zijn daar niet verboden.

Biologische landbouw verschuift het probleem

Als de EU de landbouw verplicht om biologischer te werken, verslechtert de situatie elders. Een verschuiving van de problemen dus, geen verbetering.

Bovendien krijg je dan een moreel probleem: wij zouden het eten opkopen in niet-Europese landen.
Wereldwijd zijn er steeds meer monden te voeden, maar wij zouden onze vruchtbaarste landbouwgronden minder gebruiken?

De oorlog in Oekraïne toont ons bovendien de risico’s van import: zelfs deze “graanschuur van Europa” kan zomaar sluiten. Europa moet dus niet afhankelijk willen zijn van import. Die les hebben we al geleerd bij onze grote import van gas en olie uit Rusland.
We moeten toch niet onze afhankelijkheid van energie inruilen voor afhankelijkheid van voedsel.

Laat de EU dus vooral investeren in eigen landbouw. Laten we boeren in Europa, Afrika en elders helpen met innovatieve technieken.
Die meer monden kunnen voeden en beter zijn voor onze Schepping.

Hoe moeten we duurzame landbouw inzetten?

Het enige dat wij als politici daarvoor moeten doen, is boeren de ruimte geven om aan de vraag te voldoen. Dus opschorten en heroverwegen van het EU-doelen voor 25% biologische landbouwgrond.
Dus opschorten en heroverwegen van het EU-doel van 50% minder gewasbeschermingsmiddelen. Dus opschorten en heroverwegen van de opkoop en onteigening van landbouwgrond in Nederland.

De overheid kan maar beter niet te veel ingrijpen in de landbouw.
De Amerikaanse president Dwight D. Eisenhouwer hekelde in 1956 ambtenaren die boeren vertelden hoe ze moesten werken: “Landbouw lijkt erg simpel als je ploeg een pen is en je bent 1000 mijl verwijderd van een graanveld”.

Eisenhouwer had gelijk.
Ook de EU moet niet boeren opleggen wat ze moeten aanbieden, dat heeft grote risico’s en zo bereiken we het ideaal niet.

Beter is de markt zijn werk te laten doen: zodra consumenten volop biologische producten kopen, zullen de boeren dat leveren. Dan kan het snel gaan. Een organische groei dus van een biologische markt.

Het ideaal van een duurzame landbouw kost wellicht meer tijd dan we zouden wensen. Maar diep in ons hart weten we best: zo gaat dat nu eenmaal met de meeste idealen. Dat is niet erg, zolang we maar dagelijks blijven werken om dichter bij ons ideaal te komen.

Bert-Jan Ruissen, landbouwplantenkundige en lid Europees Parlement voor de SGP.

 

 

Geef een reactie

Vragen?